Je oefent altijd op eigen risico. Bij twijfel: vraag advies van een arts/specialist.
Algemeen
Zittend oefenen kan ook op een stoel – bepaal zelf hoe je het gemakkelijkst zit; het belangrijkste is dat de rug gestrekt is.
Pijn is een signaal – als iets niet goed voelt doe het dan niet mee. Heb de moed om de houdingen aan te passen aan jouw situatie, dat wil zeggen dat je eventueel bewegingen weglaat (bijvoorbeeld de armen niet mee omhoog
strekt wanneer je een schouderblessure hebt). De rest van de houding kun je nog wel doen of je visualiseert de houding terwijl je recht staat, zit of ligt. Let
erop dat je je in de houdingen comfortabel en standvastig voelt.
Extra aandacht bij
Bevalling: wanneer je net bevallen bent kun je het beste zo’n twee maanden wachten met yogahoudingen (asana’s). Geef je lichaam de tijd om te
herstellen. Daarvoor zijn adem- en meditatieoefeningen wel heel geschikt! Kijk
waar je zelf behoefte aan hebt – rustige bewegingsoefeningen zijn wellicht wel
prettig.
Nekklachten: wees altijd voorzichtig met de nek, de nek is een heel kwetsbaar gebied… Wanneer je last hebt (gehad) van een nekhernia, let er dan op dat je het hoofd niet (ver) achterover buigt en heel voorzichtig in de andere richtingen beweegt. Ook kun je ervoor kiezen om de nek tijdens het oefenen recht te houden en met rust te laten. Aandachtig draaien (iets over je schouder kijken) is meestal wel een goede beweging. Probeer het voorzichtig!
Rugklachten: wees extra voorzichtig bij het naar voren buigen. Kies er dan voor om de benen niet gestrekt te houden – de benen buigen geeft ruimte bij de rug.
Over het algemeen zijn torsies (gedraaide houdingen) wel goed bij rugklachten.
Probeer het rustig uit. Bij oefeningen op de buik: houdt de benen wél aanspannen bij het omhoog brengen van het bovenlichaam, zodat er minder druk is op de zenuwen en de onderrug minder hol is.
Bekkenklachten: doe geen asymmetrische houdingen met de benen
(zoals balansoefeningen op 1 been). Het bekken niet rekken (door te ‘vlinderen’
bijvoorbeeld).
Ontstoken gewrichten: de gewrichten niet ronddraaien (maar rust geven..).
Problemen met de bloeddruk: wees extra voorzichtig met overeind komen; neem de tijd. Als een houding niet (meer) prettig voelt luister daar dan naar (bijvoorbeeld bij het vooroverbuigen).
Bij een te lage bloeddruk zijn staande houdingen vaak niet prettig. Probeer dan wel houdingen te doen die de spieren versterken.
Bij een hoge bloeddruk en hartproblemen dien je voorzichtig te zijn met omgekeerde houdingen en het omhoog strekken van de armen: doe het niet (mee) of niet te lang. Houdt ook de adem niet vast: vooral niet na een
inademing.
Extra tip voor moeders (en 'yogi'vaders):
Zorg dat je kind op een veilige plek is en je de komende 10 minuten niet nodig heeft (hij/zij is bijvoorbeeld goed uitgerust, heeft een schone luier en geen honger).
Probeer de komende 10 minuten dan ook niet te reageren op hem/haar (dit kan ook een training zijn…). Daarvoor is het belangrijk dat je jezelf - voordat je aan de serie begint - verzekert van zijn/haar veiligheid en welbevinden.
Algemeen
Zittend oefenen kan ook op een stoel – bepaal zelf hoe je het gemakkelijkst zit; het belangrijkste is dat de rug gestrekt is.
Pijn is een signaal – als iets niet goed voelt doe het dan niet mee. Heb de moed om de houdingen aan te passen aan jouw situatie, dat wil zeggen dat je eventueel bewegingen weglaat (bijvoorbeeld de armen niet mee omhoog
strekt wanneer je een schouderblessure hebt). De rest van de houding kun je nog wel doen of je visualiseert de houding terwijl je recht staat, zit of ligt. Let
erop dat je je in de houdingen comfortabel en standvastig voelt.
Extra aandacht bij
Bevalling: wanneer je net bevallen bent kun je het beste zo’n twee maanden wachten met yogahoudingen (asana’s). Geef je lichaam de tijd om te
herstellen. Daarvoor zijn adem- en meditatieoefeningen wel heel geschikt! Kijk
waar je zelf behoefte aan hebt – rustige bewegingsoefeningen zijn wellicht wel
prettig.
Nekklachten: wees altijd voorzichtig met de nek, de nek is een heel kwetsbaar gebied… Wanneer je last hebt (gehad) van een nekhernia, let er dan op dat je het hoofd niet (ver) achterover buigt en heel voorzichtig in de andere richtingen beweegt. Ook kun je ervoor kiezen om de nek tijdens het oefenen recht te houden en met rust te laten. Aandachtig draaien (iets over je schouder kijken) is meestal wel een goede beweging. Probeer het voorzichtig!
Rugklachten: wees extra voorzichtig bij het naar voren buigen. Kies er dan voor om de benen niet gestrekt te houden – de benen buigen geeft ruimte bij de rug.
Over het algemeen zijn torsies (gedraaide houdingen) wel goed bij rugklachten.
Probeer het rustig uit. Bij oefeningen op de buik: houdt de benen wél aanspannen bij het omhoog brengen van het bovenlichaam, zodat er minder druk is op de zenuwen en de onderrug minder hol is.
Bekkenklachten: doe geen asymmetrische houdingen met de benen
(zoals balansoefeningen op 1 been). Het bekken niet rekken (door te ‘vlinderen’
bijvoorbeeld).
Ontstoken gewrichten: de gewrichten niet ronddraaien (maar rust geven..).
Problemen met de bloeddruk: wees extra voorzichtig met overeind komen; neem de tijd. Als een houding niet (meer) prettig voelt luister daar dan naar (bijvoorbeeld bij het vooroverbuigen).
Bij een te lage bloeddruk zijn staande houdingen vaak niet prettig. Probeer dan wel houdingen te doen die de spieren versterken.
Bij een hoge bloeddruk en hartproblemen dien je voorzichtig te zijn met omgekeerde houdingen en het omhoog strekken van de armen: doe het niet (mee) of niet te lang. Houdt ook de adem niet vast: vooral niet na een
inademing.
Extra tip voor moeders (en 'yogi'vaders):
Zorg dat je kind op een veilige plek is en je de komende 10 minuten niet nodig heeft (hij/zij is bijvoorbeeld goed uitgerust, heeft een schone luier en geen honger).
Probeer de komende 10 minuten dan ook niet te reageren op hem/haar (dit kan ook een training zijn…). Daarvoor is het belangrijk dat je jezelf - voordat je aan de serie begint - verzekert van zijn/haar veiligheid en welbevinden.